'Neutraliteit' van de politie hoort getoetst te worden aan hun gedrag

In opinie door Anja Meulenbelt op 22-05-2017 | 13:17

Door Anja Meulenbelt

Waar hebben we het over bij de zoveelste discussie over de hoofddoek? Over neutraliteit. Maar neutrale mensen bestaan niet. We hebben allemaal meningen, opvattingen, een geschiedenis en een achtergrond. We hebben allemaal een sekse (nou ja, dat denken we), een seksualiteit, een kleur.

En er wil nogal eens een relatie zijn tussen onze ‘plaats’ en onze opvattingen, al is die niet waterdicht. En ook de politie bestaat uit mensen.
Als we denken over de politie, dan is het duidelijk dat dat gezagsdragers zijn met een mandaat, onder anderen om onder omstandigheden geweld te mogen gebruiken, en dat het uniform dat ze dragen vertrouwen en gezag uit moet stralen.

Dat blijkt nog niet zo eenvoudig, want politieagenten zijn ook mensen. We zien dat de politie haar best doet om het vertrouwen bij de gehele bevolking te bevorderen door ‘kleurrijker’ te worden, door vrouwen aan te nemen, en mensen met een migrantenachtergrond. Ook loopt de Nederlandse politie voorop in het accepteren van homoseksualiteit, wat blijkt uit hun deelname aan de Gay Pride, en uit het trots accepteren van een agente, Souad Boumedien, die moslim is én lesbo, en ambassadeur van de Gay Pride. Tegelijk gaat er nog veel mis. De slechte behandeling van zwarte mensen, met name activisten, is inmiddels legendarisch. Dat er absoluut sprake is van etnisch profileren heeft onderzoeker Sinan Cinkaya al aangetoond. Jonge mannen die gekleurd zijn, of er ‘Noord-Afrikaans’ uitzien kunnen daar stuk voor stuk van getuigen.

De neutraliteit van de politie wordt in principe gewaarborgd door een uniform maar per definitie niet door uniformiteit. Iemands geloof kun je verbergen, iemands kleur en sekse niet. En dat zou ook niet moeten hoeven: juist als de politiemacht zo goed mogelijk een afspiegeling is van de bevolking, en dus per definitie veelkleurig, is de kans dat er vertrouwen is dat we als burgers rechtvaardig worden behandeld groter.

Neutraliteit staat dus niet tegenover diversiteit, integendeel. Dat geloven alleen de mensen die nog steeds vastzitten in het idee dat wit en man per definitie ‘neutraal’ zijn, en alles wat anders is per definitie ‘niet objectief’. We maken dat nog veelvuldig mee, dat van politici die een Turkse achtergrond hebben vanzelfsprekend wordt aangenomen dat die altijd andere Turken de voorrang geven, en van witte mensen nooit wordt gedacht: die zullen andere witten wel voortrekken. Hoewel dat uiteraard veelvuldig gebeurt. We maken dat ook mee als van vrouwen gedacht worden dat die ‘niet objectief’ zijn, maar van mannen wel.

'Neutraliteit' van de politie hoort getoetst te worden aan hun gedrag. Ze horen er op geselecteerd te worden dat ze geen speciale vooroordelen hebben tegen bepaalde groepen mensen. Ze horen er op getoetst te worden dat ze mensen met de wet in de hand gelijk behandelen. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat politieagenten die moslim zijn, al of niet zichtbaar, dat minder goed zouden doen dan agenten die misschien wel lid zijn van de PVV, of een ernstige hekel hebben aan Antillianen of Marokkanen. Of mannelijke politieagenten die erg veel begrip hebben voor meppende mannen omdat ze zelf ook wel eens losse handjes hebben. (Eens, nog niet zo lang geleden, bleek dat uniformdragende mannen in doorsnee gewelddadiger zijn tegen vrouwen, dan mannen zonder uniform). Het hoort in ieder geval niet zo te zijn dat mensen die iets hebben tegen vrouwen of zwarte mensen of moslims kunnen beslissen wie er bij de politie mogen.

Niet alleen de achterhaalde maar nog gangbare gedachte dat er zoiets is als ‘normaal’ (lees wit, man en hetero) speelt ons parten, ook de verwarde ideeën over de scheiding tussen kerk en staat. Dat principe was er in oorsprong om te garanderen dat de kerken geen invloed zouden hebben over de staat, en de staat ook geen zeggenschap zou hebben over de kerken. Die scheiding is dus niet in strijd met het feit dat burgers de vrijheid horen te hebben om binnen de grenzen van de wet hun geloof vrij te beleven, en ook dat ze mogen laten zien dat ze ongelovig of gelovig zijn, inclusief kleding en symbolen als keppeltjes, hoofddoek, kruisje of de kleding van een non.

Hoe meer het gewoon wordt dat er in ons land vrouwen in de openbaarheid een hijab dragen, hoe meer de staat, en de instellingen daarbinnen, laten zien dat ze neutraal zijn. Dat ze dus niet de mensen van het ene geloof een verbod opleggen om te laten zien wat en wie ze zijn, en anderen niet. En helaas zijn er in de politiek nogal wat mensen die denken dat de overheid de taak heeft om zichtbare tekens van verschil te verbieden (en andere tekens van verschil zoals sekse en huidskleur niet, omdat die worden opgevat als ‘natuurlijk’) Waaronder recentelijk ook Sadet Karabulut van de SP die zich ook al heeft uitgesproken tegen hoofddoeken als onderdeel van het politieuniform.

De reden daarachter kunnen niet verborgen worden achter een schijnheilige retoriek van ‘de neutraliteit van de overheid’, en een gespeelde kleurenblindheid. Hier wordt besloten dat het de bevolking is die mag bepalen wat ‘neutraal’ is, dat wil zeggen, dat deel van de bevolking dat iets heeft tegen moslims. Die zouden dan mogen zeggen: dat willen we niet zien als we bij een loket staan.

Dat ligt geheel in de traditie van het weren van vrouwen in gezaghebbende posities, dat lang bij onze traditie hoorde en nog niet helemaal weg is, en het weren van mensen die bekend staan als LHBTI. Het is niet voor niets dat mensen die een gendertransitie hebben doorgemaakt moeilijker aan een baan komen. Hier is sprake van work in progress, en het is de overheid die daar leiding aan hoort te geven. Onder andere door te laten zien dat ze geen voetval maken voor de mensen die denken dat er per definitie iets mis is met moslims, en dat zij het oké mogen vinden om luidkeels te verkondigen dat die maar weg moeten. Net zoals de rechtbank naar aanleiding van de bedreigingen tegen Sylvana Simons heeft besloten dat er grenzen zijn aan wat over mensen van kleur gezegd mag worden. En het niet meer lang zal duren dat er ook grenzen gesteld zullen worden aan het agressieve seksisme tegen vrouwen.

De overheid heeft dus een taak in het bevorderen van rechten van burgers om veilig te zijn, om zichzelf te zijn, en dat te mogen laten zien, zolang ze daar anderen geen schade mee berokkenen. Zoals twee mannen die hand in hand lopen geen enkele schade aanrichten. Het is onmogelijk om het dragen van een hoofddoek, ook in publieke functies, te zien als schadelijk. Anders dan dat mensen met vooroordelen het niet prettig vinden om onder ogen te zien dat ze dit land delen met mensen die anders zijn dan zij. Daar zullen ze aan moeten wennen, en de overheid hoort daarbij het goede voorbeeld te geven. Een neutrale overheid is niet neutraal wanneer ze het dragen van een hoofddoek bij de politie verbieden.

Anja Meulenbelt is schrijfster, feministe en politica. Dit stuk verscheen eerder op haar facebookpagina en is in overleg ook op Republiek Allochtonië geplaatst. 

Zie ook:

Argumenten voor en tegen het dragen van hoofddoeken door politieagenten

Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook.  

Waardeert u ons werk? U kunt het laten blijken door een bijdrage over te maken op rekeningnummer NL12INGB0006026026 ten name van de stichting Allochtonenweblog te Amsterdam. Met een donatie van 5 euro zijn we al blij. Meer mag ook!  

 

 


Meer over anja meulenbelt, diversiteit, emancipatie, hoofddoek, politie.

Delen:

Reacties


mw. R.A.Eijkelboom - 27/05/2017 16:54

Mevrouw Spier, moslima's bepalen zelf of zij een hoofddoek willen dragen of niet!

bordircet - 25/05/2017 15:37

Wie is mevr. Spier om voor moslimas te kunnen spreken en te zeggen dat hoofddoekjes hun worden opgelegd?

mw. R.A.Eijkelboom - 23/05/2017 09:19

Bedankt voor dit artikel, Anja.
Ik heb die foto in het AD gezien van die agente in Amsterdam, die onder haar pet een hoofddoek droeg en daar is niets mis mee! Dat heb ik ook geschreven naar de VVD, CDA en gaat ook naar de PVV!

Ik heb ook de vraag gesteld aan de rechtse partijen, hoe divers zijn hun partijen .
Ook aan de voorzitter van de Kamer, heb ik de vraag gesteld, hoe divers is het Parlement?
Helaas nog geen antwoord op de vraag gekregen.

Rosa Spier - 22/05/2017 22:48

Weet mevrouw Meulenbelt dan niet dat de hoofddoek in de islam eenzijdig aan vrouwen wordt opgelegd en dus dat dat dus discriminatoir is. Waarom zijn manen niet verplicht hun hoofd te bedekken? Een feministe zou zich daarop moeten richten, ik begrijp niets van de band tussen feministen en de islam.

Ronald Blonk - 22/05/2017 21:30

Of een hoofddoek op het werk een issue is hangt echt af van de positie van de vrouw.
Eerst mocht een hoofddoek achter de kassa niet, nu zijn we er aan gewend. Schoonmakers, in de zorg, zo lang het maar om beroepen gaat waarin vrouwen dienstbaar of dienstverlenend zijn. Een hoofddoek wordt immers toch al gezien als teken van onderdrukking of onderwerping?
Maar als een vrouw met hoofddoek op een positie komt dat je echt rekening met haar moet gaan houden, of waar ze macht of gezag heeft.....
Dan gaan de witte hersenen op tilt en ontstaat er kortsluiting, blinde angst en gaan alle afweermechanismes in de hoogste stand.
En dan biedt de smoes van die zogenaamde neutraliteit een mooi alibi tegen die angst, die gevoed wordt door Islamofobie en seksisme.
Vergelijkbaar met de reactie van witte mensen op zwarte vrouwen die ineens een stevige kritische mening blijken te hebben en dus 'hun plaats niet weten.'