Misbruik van onvrede
In opinie door Pieter Hilhorst op 16-03-2010 | 18:07
Tekst: Pieter Hilhorst
Een goede politicus moet laten zien dat hij weet wat kiezers beweegt. I feel your pain, heet dat. Denk niet dat politiek gaat om belangen of rationele argumenten, het gaat om kleur bekennen, om morele kwesties en de identificatie met een politicus. Dat was de eyeopener van het boek The Political Brain van Drew Westen.
Westen heeft hersenonderzoek gedaan onder aanhangers van Republikeinen en Democraten. Hij legde hen tegenstrijdige uitspraken voor van hun partijleiders. Mensen zijn geneigd beter te luisteren naar informatie die bij hun wereldbeeld past dan die hun wereldbeeld doorkruist. Dat was bekend. Het opmerkelijke van het onderzoek van Westen is dat bij het wegredeneren van een tegenstelling, delen van de hersenen worden geactiveerd die verband houden met genot. Het is lekker de feiten zo te draaien dat het eigen gelijk wordt bevestigd.
Met Westen in de hand kun je makkelijk laten zien waarom een moralistisch getoonzette aanval op Wilders geen enkel effect heeft op zijn aanhangers. Integendeel. Zij identificeren zich met het lef van de PVV-leider. Hij durft dingen te zeggen waarvoor je door al die weldenkenden altijd met de nek werd aangekeken.
Hoe meer mensen hem voor racist uitmaken, hoe meer hij voor zijn aanhangers de gevierde verdediger van het vrije woord wordt. Op de aanhang van Wilders maken de aanvallen van Pechtold dan ook geen enkele indruk. Op de eigen aanhang wel. Pechtold en Wilders hebben een verbond van tegenstanders. Electoraal bezien is dat van beide partijen begrijpelijk. De PvdA probeert zelfs de rol van Pechtold over te nemen. Maar het versterkt wel het sjabloon dat Wilders de problemen als geen ander benoemt, maar dat hij met een aanpak komt die een bevolkingsgroep uitsluit en dus onacceptabel is.
Geen enkele politicus durft nog met Wilders het gesprek aan te gaan of hij de problemen wel goed benoemt. Toch is daar alle reden voor. Neem de inzet van de PVV bij de vorming van een college in Almere en Den Haag. De belangrijkste eis van Wilders is een verbod op hoofddoekjes in het gemeentehuis en alle, door de gemeente gesubsidieerde instellingen. Dat is natuurlijk een belachelijk voorstel en is vooral bedoeld om te voorkomen dat de PVV gaat meeregeren.
Maar wat zegt dit over de manier waarop hij problemen benoemt? Hoe moet een verbod op hoofddoekjes op het gemeentehuis bijdragen aan de veiligheid in Almere? Voor politici en campagnestrategen die dwepen met het boek van Westen lijkt dat de zoveelste poging Wilders met rationele argumenten te bestrijden. Maar hier wordt de eye opener een blinde vlek. Zo'n vraag is namelijk geen poging met rationele argumenten gaten te schieten in zijn oplossing, maar een aanval op de basisveronderstelling dat Wilders de vertolker is van de onvrede. Wilders mobiliseert namelijk de onvrede voor een programma waar veel van zijn aanhangers helemaal niet op zitten te wachten.
Onlangs leidde ik een discussie met Wildersaanhangers. Het was opvallend dat zij zich distantieerden van tal van zijn standpunten. Ze waren niet voor een hoofddoekjesverbod. Ze wilden niet dat miljoenen moslims Europa verlieten. Ze waren er niet voor dat mensen met een dubbel paspoort geen deel kunnen zijn van de krijgsmacht.
In de zaal zat een Marokkaanse jongen die als militair had gevochten in Afghanistan. Hij vroeg de Wildersaanhangers: 'Wie durft te zeggen dat ik onbetrouwbaar ben omdat ik ook een Marokkaans paspoort heb?' Het bleef stil. 'Wilders is eigenlijk een klassieke 'paternalist' die het beter denkt te weten dan zijn volgelingen. Jullie denken dat je je druk maakt om de onveiligheid op straat, maar eigenlijk zijn jullie bang voor de islamisering van Nederland. Hij lijkt daarin op ouderwetse sociaal-democraten die tegen bewoners in achterstandswijken zegt: jullie zijn niet boos om de samenstelling van de wijk, maar omdat jullie werkloos zijn.
Mensen voelen zich niet gehoord, en zijn antwoord is laten we dan moslims een toontje lager laten zingen. Mensen zijn bang voor Marokkaanse jongens en hij zegt 'laten we dan Marokkaanse meisjes hun hoofddoek afpakken'. Mensen voelen zich een vreemde in hun buurt en missen de gezamenlijkheid en hij zegt: 'laten we de vreemdelingen dan wegpesten'. Dat is niet de onvrede vertolken, dat is de onvrede misbruiken voor een programma van haat: I use your pain for my hate. Wilders verraadt dus zijn achterban. Maar welke politicus durft dat te zeggen?
Deze column is van Pieter Hilhorst en eerder in de Volkskrant verschenen. Met toestemming van Pieter Hilhorst is deze column op het Allochtonenweblog geplaatst. Meer van of over Pieter Hilhorst op dit blog hier
Meer multicultureel onbehagen hier
Meer over multicultureel onbehagen, pieter hilhorst, politiek, pvv.