Gratis koran maakt agressief
In opinie door Eric Hulsens op 17-04-2012 | 11:59
Tekst: Eric Hulsens
Duitse salafisten willen 25 miljoen exemplaren van de Koran goedkoop of gratis verdelen in de Bondsrepubliek, Oostenrijk en Zwitserland. Die groots opgezette geloofsverkondiging lokte heel wat reacties uit, vooral negatieve. Maar is het verspreiden van religieuze geschriften geen onderdeel van de godsdienstvrijheid?
‘Deelt u onze visie dat de verspreiding van miljoenen haatboeken (korans) door salafistische organisaties een gevaar vormt voor de openbare orde? Zo neen, waarom niet?’
(Vragen van Geert Wilders en Joram Van Klaveren van de PVV aan de Nederlandse minister van Binnenlandse Zaken over de koranuitdeling in Duitsland)
De korandistributie is een project van de Keulse prediker Ibrahim Abou-Nagie, afkomstig uit het Palestijnse Gaza. Hij is een man met businesservaring en kennelijk zicht op marketing en logistiek. Via infostandjes in de voetgangerszones van grote steden in Duitsland en Oostenrijk worden de korans gratis verspreid onder geïnteresseerde niet-moslims. Maar er is ook een website waar je de koran kan bestellen. Moslims die er een willen, betalen ervoor, en helpen zo mee aan de financiering van de gratis uitgereikte exemplaren.
De actie is al een tijdje bezig: op Youtube kan je al sinds 28 januari een standje in Frankfurt bekijken, dat gretig wordt leeggeplukt. Er werd eerst geen aandacht aan het initiatief besteed, maar sinds het voorbije paasweekeinde werd er opeens een controverse rond gecreëerd door enkele politieke partijen, door de staatsveiligheidsdienst en door anti-islamitische organisaties.
Stokken in de wielen steken
Het was een toppoliticus van Angela Merkels CDU, de plaatsvervangende fractieleider van de christen-democraten in het parlement, Günter Krings, die de actie afkeurde en opriep de distributie van de korans te verhinderen. Hij gaf toe dat er principieel niets mis is met het uitdelen van gratis korans, maar: ‘De radicale groep van de salafisten verstoort met haar agressieve aanpak de religieuze vrede in ons land.’
Krings vond dat de korans in geen geval in de buurt van scholen mogen worden uitgedeeld, en zei: ‘Van de minister voor binnenlandse zaken van Nordrhein-Westfalen verwacht ik dat hij de gemeenten niet in de steek laat en dat hij mogelijkheden op het gebied van de ordehandhaving en -wetgeving toont om de actie in te dammen.’ Bovendien wenst Krings dat de Duitse Staatsveiligheid ‘licht brengt in het duister van de financiering van deze dure actie’.
Dat is een hoogst merkwaardige stellingname. De organisatoren van de actie doen iets waar op zich niets op tegen is, maar zij zouden dat niet mogen omdat zij het zijn. Zij zijn dus tweederangsburgers die niet mogen wat anderen wel mogen.
Het uitdelen van Korans is een vreedzame activiteit die door de politicus agressief wordt bevonden, en die de ‘religieuze vrede’ zou verstoren. En er moet naarstig gezocht worden naar administratieve of wettelijke obstakels om de actie tegen te werken. Vreemd is ook de suggestie van een onoirbare financiering waar de Staatsveiligheidsdienst zich mee zou moeten bezighouden. Komt de staat dan in gevaar als een of andere geldschieter het drukken van korans zou financieren?
Bange, agressieve katholieken
Het is interessant te lezen wat de Hamburgse hulpbisschop Jochen Jaschke over de zaak zegt. ‘Zulke acties verstoren de godsdienstvrede. Ze wekken agressie op en wakkeren wantrouwen aan.’ Vond de CDU-politicus het uitdelen van korans agressie, dan situeert de katholieke kerkleider de agressie bij de toeschouwers of bij de bevolking – of bij zichzelf?
Jaschke stelt dat de godsdienstvrijheid garandeert dat iedereen zijn geloof mag beleven zolang hij anderen niet stoort. ‘Maar als de publieke scène ineens overspoeld wordt met een miljoenenoplage van de koran, creëert dat angst.’ Hoe het storend kan zijn dat mensen uit vrije wil een koran meenemen van een standje is niet duidelijk, en wat daar angstaanjagend aan is evenmin. Is de katholieke kerkleider jaloers op de moslims en hun groots opgezette koranpromotie? In die richting wijst ook zijn vraag waar de miljoenen euro’s voor het koranproject vandaan komen.
En dan zegt hij: ‘Het past niet in een dialoogrelatie tussen moslims en christenen dat de ene kant met zo’n gewelddadigheid gaat overtroeven. Wat zou het geven als wij bijvoorbeeld in Saoedi-Arabië of in Iran massaal bijbels zouden verspreiden? Zoiets doe je niet! Ook uit respect tegenover andere mensen.’
Een verbluffende logica: de kerkleider vergelijkt Duitsland met autoritaire staten als Saoedi-Arabië en Iran, en meent dat katholieken uit respect daar niet gaan missioneren. (Neenee, uit schrik! Zo werd hij meteen gecorrigeerd op het internet. Je loopt het risico op de doodstraf, houdt een lezer van zijn uitspraken hem voor.)
De moslims zouden dus uit respect voor het katholieke of christelijke Duitsland moeten afzien van islamitische missionering in de Bondsrepubliek. Dat zijn wel heel bijzondere toevoegingen aan de principes van de godsdienstvrijheid en de vrijheid van meningsuiting.
Monseigneur Jaschke is overigens door de Duitse bisschoppenconferentie aangesteld als verantwoordelijke voor de dialoog met de moslims.
Godsdienstvrijheid blijft gelden
Tegenover het fanatisme van de christen-democratische CDU staan de genuanceerde reacties van andere partijen. De fractieverantwoordelijke in het parlement van de sociaal-democratische SPD stelde dat het vreedzaam verspreiden van korans moet worden getolereerd, maar dat er geen tolerantie kan gelden voor het salafisme zelf omdat de politieke ideeën van die beweging niet compatibel zijn met de grondwet en de liberale democratie.
Ook de fractieleider van de Groenen sprak zich niet tegen de koranverdeling uit, maar riep ertoe op om het salafisme democratisch te bestrijden, met het woord.
De expert voor binnenlandse zaken van de liberale FDP acht, zolang er bij de verspreiding van de korans geen wetten worden overtreden, ‘een verbod niet in overeenstemming te brengen met de rechtsstaat’ .
Een gelijkaardig standpunt werd ingenomen door het Oostenrijkse ministerie van binnenlandse zaken: de staatsveiligheidsdienst ziet geen aanleiding voor strafrechtelijk onderzoek en er is principieel niets in te brengen tegen het verspreiden van religieuze geschriften, zodat er niet dient te worden opgetreden tegen de koranbedeling.
Toekomst
De Duitse salafisten rond Abou-Nagie hebben alvast gescoord: hun korans gaan weg als warme broodjes en zij zijn in het centrum van het maatschappelijk debat terechtgekomen en krijgen veel, vooral negatieve aandacht van de politiek, de media en de islambestrijders. Dat duwt hen in een slachtofferrol die hen goed ligt, en die hun standvastigheid en misschien ook wel hun populariteit zal doen toenemen.
Maar wat hebben wij daarmee te maken, buiten het Duitse taalgebied? Ach, dit lijkt een testcase. Na Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland willen de salafisten de gratis koran ook in de rest van Europa verspreiden.
(Wordt vervolgd. Volgende afleveringen: wat is er mis met het salafisme en wat met de Duitse staatsveiligheidsdienst? Hoe reageren moslims?)
Meer over Abou-Nagie, Duitsland, Eric Hulsens, koran, Oostenrijk, salafisten, Wilders.