Ali Eddaoudi: Een scherpe, charmante en verbindende pionier

In opinie door Roemer van Oordt op 03-11-2023 | 16:29

Vrijdagavond werd door een bont (gekleurd) gezelschap in de sociëteit van het Majoor Jan Linzel Complex kolonel Ali Eddaoudi als hoofd van de Dienst Islamitische Geestelijke Verzorging bij Defensie uitgezwaaid. Hij zat er sinds 2009. Zijn vertrek haalde - hoe anders dan zijn aanstelling - de media niet.

Hoe het begon
De entreé van Eddaoui als de door het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) voorgedragen ‘legerimam’, had flink wat politieke voeten in de aarde. Ali had en heeft een originele geest, een rappe tong en een vlijmscherpe pen. In zijn rol als columnist had hij dan ook nooit een blad voor zijn mond genomen. Zo noemde hij toenmalig premier Balkende een hypocriet, die nog geen deurmat waardig was en bestempelde hij de Nederlandse missie in Afghanistan als bedoeld om de Afghanen in eigen land te terroriseren. Eddaoudi kwam er wel mee door de screening van de MIVD, maar VVD, CDA, PVV, SGP en (Rita) Verdonk gingen dwars voor zijn benoeming liggen.

Een aantal geestelijk verzorgers en politici richtten een steuncomité op. Vooral de VVD en PVV werd een dubbele moraal verweten: wél opkomen voor de vrijheid van meningsuiting, maar een geestelijk verzorger in het leger weigeren vanwege zijn kritische columns. Volgens PvdA stadsdeelwethouder Fatima Elatik waren ze bezig met ‘het demonisering van iemand die zijn steentje heeft bijgedragen aan het maatschappijkritische debat'.

Toenmalig staatsecretaris van Defensie Jack de Vries (CDA) - aanwezig bij het afscheid – kreeg van de Tweede Kamer opdracht de kwestie op te lossen. Na gesprekken met  Eddaoudi (die daarin afstand nam van de gewraakte uitspraken) én het CMO gaf de Vries aan overtuigd te zijn dat Eddaoudi als geestelijk verzorger ‘in staat zal zijn, ook voor andere geloofsrichtingen, zijn werk goed en integer te doen.’ Een voorstel van de VVD en Verdonk om de aanstelling van Eddaoudi ongedaan te maken werd door De Vries geboycot. ''Ik kan niet mijn woord aan iemand geven en het dan weer intrekken'', zei hij in een toelichting. Ook het CMO gaf geen krimp. En zo geschiede….

Barmhartig en bevlogen
Terug naar het afscheid van vrijdag. Daar bleek dat De Vries het aan het goede eind heeft gehad. Als er ook maar een fractie van het eerbetoon uit de toespraken op waarheid berust, zal het voor welke opvolger dan ook moeilijk zijn om in Ali’s letterlijk en figuurlijk grote voetsporen te treden. Van het de Commandant der Strijdkrachten tot (internationale) vakgenoten, van geestelijk verzorgers met andere denominaties tot collega’s van andere geüniformeerde beroepen en van medewerkers tot oud-collega’s: niets dan lof. Of het zou moeten zijn dat Eddaoudi altijd flink eigenwijs was en daardoor bijzonder lastig (aan) te sturen viel. Daarbij werd overigens consequent benadrukt dat het er dan hard en scherp aan toe kon gaan op de inhoud, nooit op de persoon.

Het beeld dat blijft hangen: Staan voor de zaak, met een lange termijn perspectief; geen half werk; de lat altijd hoog, niet alleen voor zijn superieuren, collega’s en medewerkers, maar ook voor zichzelf; de standaard zetten in binnen- en buitenland; een pionier en bruggenbouwer, altijd op zoek naar verbinding tussen, binnen en buiten religies, binnen en buiten defensie, over de hele wereld; gepassioneerd, charmant en barmhartig; opkomen voor mensenrechten.

Maatschappelijke betrokkenheid
In de bijna 16 jaar dat hij bij Defensie zat roerde Eddaoudi zich nog regelmatig in het maatschappelijke debat, vooral als het zaken betrof die moslims aangaan. Zo liet hij zich in 2012 in een interview in het NRC met als titel ‘De islam in Nederland is een feit’ uit over het boerkaverbod: “Nu hebben we de gezichtsluiers. Het gaat om driehonderd, vierhonderd gevallen? Het gaat nergens over.” Het leverde minister Hans Hillen Kamervragen op van de toenmalige PVV-er Joram van Klaveren.

In 2015 gebruikte hij zijn rol als geestelijk verzorger binnen de krijgsmacht als wapen tegen Daesh (Islamitische Staat). Hij zette in op uitbreiding van en intensieve samenwerking tussen internationale netwerken van geestelijk verzorgers om de kennis van de islam te vergroten en verkeerde interpretaties - die vooral bij jongeren steeds meer aansloegen - te bestrijden. 

In het boek ‘Zuilen in de Polder? Een verkenning van de institutionalisering van de islam in Nederland’ dat ik samen met Ewoud Butter in 2018 uitbracht, zei Eddaoudi over het zogenaamde moslimdebat:

Het is niet dat ik tegen een debat over moslims ben. Maar het zou beter zijn als er een gelijkwaardige dialoog is. Nu is de discussie veelal gericht op het gelijk halen, een gemeenschap nog meer natrappen of zelf zaken opleggen die tegen alle regels van vrijheden indruisen. Beter is het om als gelijken en ook vanuit een verbindende gedachte het gesprek aan te gaan. Moslims worden zo eerder bewust gemaakt van de zorgen die er in de samenleving leven. Nu sluit men zich alleen maar op, omdat moslims simpelweg genoeg kritiek hebben moeten incasseren. Dan is het niet meer constructief.

En nadat hij vrijdag door de Commandant der Strijdkrachten Onno Eichelsheim het Ereteken van Verdienste in Zilver kreeg uitgereikt, gaf Eddaoudi hem in zijn dankwoord nog even fijntjes mee dat de grote baas moest blijven knokken voor een divers en inclusief (personeels)beleid.

Hoe verder?
Ali Eddaoudi gaat het onderwijs in, waar zijn roots liggen. Hij wordt directeur bij de Stichting Islamitische Educatie Zuid Oost Nederland (IZEO). En….natuurlijk heeft hij ook over het (islamitisch) onderwijs een mening:

Goed dat ze er zijn, islamitische basisscholen, maar er is te weinig nagedacht over de invulling. Wat leveren ze straks af?.... Ik denk dat je de focus ook op leiderschap moet leggen en de tekorten van de islamitische gemeenschap nu al moet gaan ondervangen door hierin te investeren. Ik ben niet bang dat de vrijheid van godsdienst wordt afgeschaft, maar wel hoe wij allen straks met elkaar leven. Die gedachte mis ik op een gemiddelde basisschool in Nederland, ook de islamitische…. Verbinding is vaak een ver van mijn bed show. Maar dat betekent niet dat we daar als moslims genoegen mee moeten nemen. (uit: ‘Zuilen in de Polder? Een verkenning van de institutionalisering van de islam in Nederland')

In het be- en aansturen van het islamitisch onderwijs kan hij geen pionier worden. Velen zijn hem met wisselend succes voorgegaan. Maar met zijn ruime ervaring, brede kennis, scherpe geest en verbindende kwaliteiten is hij hoe dan ook een aanwinst voor het (islamitische) onderwijsveld.

Delen: