Adviesraad Marokkaanse Migranten is instrument in tentakels Marokko
In opinie door Mohammed Benzakour op 09-12-2009 | 14:51
Tussen de inmiddels vertrouwde stroom berichten over Marokkaanse raddraaiers en radicalen regent het incidenten. Laatste oogst: de commotie rondom de oprichting van de Adviesraad voor Marokkaanse Migranten. Een artikel van Mohammed Benzakour dat gisteren ingekort verscheen in het NRC. Hieronder het volledige artikel.
Wat is er eigenlijk mis met advisering? Nederland adviseert zichzelf kapot, een beetje ingeburgerde Marokkaan doet volop mee.
Gekheid natuurlijk.
De jaarlijkse stroom miljarden euro's die de circa drie miljoen emigranten overmaken is de vetste melkkoe van Marokko, zij het een die flink aan het sonjabakkeren is. Rapporten alarmeren dat de 2e en 3e generatie de spaarcenten niet automatisch op de Banque Populaire stort, de vakantiedukaten liever verbrast aan de Spaanse kust, het huis liever koopt in Almere - het hele investeringsklimaat en werkgelegenheid in het Noorden komen in gevaar nu deze melkkoe afslankt. Niet toevallig dat plotseling her en der huizenbeurzen van Marokkaanse vastgoedbedrijven (Promo-Rocco, Casa Moro, Dior Luxe) de kop opsteken. Met even gladde folders als praatjes worden jongeren gelokt richting het koninkrijk. Want een Marokkaanse hypotheek is als een Marokkaans paspoort: je komt er nooit meer vanaf.
In dit licht moet de oprichting van de Adviesraad worden gezien.
Laten we ons trouwens over dat dubbele paspoort geen illusies maken. Als zelfs zijne excellentie Maxime Verhagen ondubbelzinnig te horen krijgt dat de kwestie onbespreekbaar is, wat kan een migrantenclubje bolwerken?
Vanzelfsprekend mag je hopen dat de Adviesraad haar tanden zet in het nomenclatuurdossier - waarom zou een Berber zijn kind niet als Wazna of Azri mogen registreren zonder erfrechtverlies? Ook op het punt van vrouwenrechten (versoepeling van echtscheidingformaliteiten) en continuering van pensioen- en zorgrechten (in geval van repatriering) mogen resultaten worden verwacht.
Overigens, keuzevrijheid is iets wederkerigs. Wie vrijheid opeist omtrent paspoort en nomenclatuur, zou die vrijheid zelf moeten verschaffen op een ander fundamenteel terrein: partnerkeuze. Echter, voor de verliefde Marokkaan zijn door het Kabinet forse (discriminerende) vrijheidobstakels opgeworpen. En: hoe geloofwaardig zijn Wilders' dubbele-loyaliteit-aanvallen als meneer zelf een kwart van zijn werktijd in en rondom de Knesset bivakkeert?
Nee, het echec van de Adviesraad zit ergens anders. Khadija Arib (PvdA-kamerlid en wegbereider van deze Adviesraad) stelt in haar artikel (de Volkskrant, 5 december) dat 'de angst voor import van extremisme en geweld'er bij Marokko goed in zit; Nederland en Marokko moeten elkaar terzijde staan. Dit noem ik Rabatretoriek. Marokko is zeker bang, maar niet van terroristen. Democratie & Internet; scheiding van machten, onkreukbare ambtenaren, transparant bestuur, onafhankelijke rechtsspraak, mensenrechtenorganisaties, de vrije toegang tot onderwijs en informatie; dat zijn de demonen die Marokko doen sidderen. Demonen die weleens geimporteerd zouden kunnen worden door Europese Marokkanen: handige YouTube'ers bezorgden al een legertje corrupte ambtenaren slechte nachten. En de angsten van de gewone burgerman? Die gaan nog minder over die jihadist met zijn eventuele bomgordel, nee, die vloeien rechtstreeks voort uit het monster dat hem dag en nacht wurgt: de dictatuur van het onderdrukkende politiek-justitieel systeem. Lees de rapporten van Amnesty International en Human Right Watch en u zult snappen dat de lijken in de Middelandse Zee daar niet voor hun lol drijven.
Hiermee geraken we bij de achilleshiel van de Adviesraad.
Bij Pauw en Witteman (3 december) vertelt raadslid Nadia Bouras dat dit initiatief ontstaan is 'vanuit de behoefte van de Nederlandse Marokkanen'. Dit is nieuw. Marokkaanse Nederlanders hebben hun handenvol met zich een beetje fatsoenlijk te handhaven in dit zinderend landje. Als er al behoefte is aan overheidsbemoeienis, dan liever wat staatsgeld gepompt in de verwaarloosde herkomstgebieden zodat de achtergebleven familieleden voortaan hopelijk wat minder soebatten om geldzendingen.
Nog mooier wordt het als de raadsleden stellen dat ze 'de democratische ontwikkelingen in Marokko willen steunen'. Tjonge. Waarom dan niet zelf het goede democratische voorbeeld gegeven? Met alle respect, maar de vier leden (een preventiemedewerker, een historica, een imam, een oud-activist) zijn binnen de Marokkaanse bevolkingsgroep volstrekte onbekenden zonder staat van dienst. Enkel de oud-activist Abdou Menebhi geniet enige naam bij (een deel van) de eerste generatie vanwege zijn protesten in de jaren zeventig tegen het regime van Hassan II, de vorige koning. Menebhi's lidmaatschap past overigens uitstekend in de strategie van Marokko om (ex-)dissidenten uit te schakelen (verbanning, liquidatie, marteling, opsluiting in een gekkenhuis) dan wel te neutraliseren met sappige worsten.
Wat was wel geloofwaardig en democratisch geweest?
Nu, Nederland kent een ambassade plus vier consulaten (Utrecht, Den Bosch, Amsterdam, Rotterdam) die over personalia beschikken van alle hier wonende Marokkanen. Waarom dan niet in samenspraak met de Unie vanMarokkaanse Moskeeen en andere landelijke platforms een long list met te kiezen kandidaten geformeerd? Waarom geen campagnes en laagdrempelige brainstormsessies door het hele land, ter uitwisselingen inventarisatie van standpunten en knelpunten? Waarom geen ballotage uitgeschreven met programs en stembiljetten? Dit alles was prima te organiseren. Waarschijnlijk was er dan ook een betere afspiegeling geweest en waren, in plaats van eentje, drie van de vier leden van Berber-origine geweest.
Hamvraag kortom: waarom geen inspanning gepleegd voor brede steun,bekendheid, draagvlak en legitimatie? Antwoord: dat zou naar democratie smaken en dat was nu juist niet de bedoeling. In plaats daarvan is gekozen voor een klassieke top-down benadering volgens goed Marokkaans gebruik. Zodat de in totaal 37 leden het resultaat zijn van een fijn staaltje ons-kent-ons gekonkel in schimmige achterkamertjes.
De pers is bij de oprichting de toegang geweigerd, wie verbaast het?
Hiermee is het echec van de Adviesraad aangestipt: ze is geen platform voor de Europese migranten, ze is een nieuw instrument in de tentakels van Marokko.
Tot slot: Arib neemt in haar artikel tot zes keer toe de term 'betrokkenheid' met Marokko in de mond. Niks mis mee toch? Nee hoor, betrokkenheid is prima; geen mens is vijand van z'n eigen wortels.Enkel, die betrokkenheid zal niet gedijen dankzij maar ondanks deze Adviesraad.
Dit artikel verscheen eerder in verkorte versie in het NRC. www.benzakour.eu