Nationale Herdenking Srebrenica 2019
In achtergronden door Claire Schut op 12-07-2019 | 13:17
Op 11 juli was het 24 jaar geleden dat Srebrenica viel – de enclave die door de Verenigde Naties tot beschermd gebied was verklaard en door het Nederlandse Dutchbat beschermd zou worden. In de dagen die volgden, vermoordden de Serviërs meer dan 8.400 grootouders, ouders en kinderen. Nog steeds zijn niet al hun lichamen gevonden, geborgen en begraven op de begraafplaats Potočari. De woede over deze massamoord onder het machteloos toeziend oog van Dutchbat en het verdriet om het onbeschrijfelijke verlies van zoveel dierbaren duren voort tot op de dag van vandaag.
Het herdenken begon met een vredesmars. De wandeltocht van 11 kilometer voerde van Wassenaar langs de Scheveningse gevangenis, het voormalige Joegoslavië-tribunaal en het Vredespaleis naar het Plein in Den Haag. Volgens organisatie liepen er 251 man mee en daar kwamen voor de herdenking op het Plein nog eens 350 tot 400 man bij. Een goed bezochte herdenking dus.
Wat opviel was, dat er veel jongeren waren. Wat ook opviel, was dat er – afgezien van een stevige delegatie van DENK (Kuzu, Öztürk, Yigit en Erdogan), Yilmaz (NIDA) en Bram van Ojik (GroenLinks) – gênant weinig vertegenwoordigers van de politieke partijen, het parlement en de regering hun opwachting hadden gemaakt. Met één belangrijke uitzondering: voor het eerst in 24 jaar Nationale Herdenking Srebrenica was onze Minister van Defensie present. Dat werd kennelijk als zo bijzonder ervaren dat minister Ank Bijleveld-Schouten niet alleen met naam en toenaam persoonlijk en zeer hartelijk welkom werd geheten, maar tot tweemaal toe voor haar aanwezigheid werd bedankt.
Het programma was als eerdere jaren. Veel toespraken, zoals de traditionele beginselverklaring met de roep om recht, waarheid en gerechtigheid en een voordracht door Seneda Klempić namens de Vereniging van Overlevenden van de Srebreneca Genocide 1995 over die gruwelijke dagen in juli 1995. Gezang over gemis en diep verdriet, zoals het hartverscheurende ‘Srebrenica Inferno’. Twee rondgangen over het Plein met onder tromgeroffel de namen van de 33 slachtoffers die op deze dag van Nationale Herdenking in Potočari begraven werden. Het oudste slachtoffer onder hen: Cvrk (Arif) Šaha (1913), 82 jaar oud. De jongste dode: Cvrk (Bejaija) Osman (1979), 16 jaar jong. Daar kan een mens alleen maar om huilen.
Tussen de rondgangen was er gebed voor de slachtoffers van de Srebrenica genocide, de dženaza, onder leiding van imam Aldin Šahbazović van IKC Rotterdam. Daaraan voorafgaand hield de imam een toespraak. Hij zei onder andere dit:
“Praten over deze genocide is onze morele en religieuze, maar ook onze burgerlijke en democratische plicht. Want als we werkelijk de toekomstige genocides en misdaden willen voorkomen, en als we eerlijk en oprecht willen dat nooit en niemand iets dergelijks overkomt, dan moeten wij veel meer doen dan het gebruikelijke meeleven met de slachtoffers. Dan moeten we de innerlijke persoonlijkheid van de pleger van een soortgelijke misdaad begrijpen, net als de onverschilligheid van de toeschouwer van deze misdaad. We moeten vaststellen: ‘Wat is dat? Wat drijft sommige mensen, die over het algemeen ‘normaal’ zijn, om andere mensen en volkeren zo te haten dat ze bereid zijn om hen planmatig en systematisch uit te roeien?’
“Aan de andere kant moeten we ook de mensen onderzoeken en leren kennen die de genocideplegers helpen of langs de lijn staan en zwijgzaam de misdaden op onschuldige mensen aanschouwen. We moeten allemaal kennis nemen van de Holocaust en de genocide. Niet alleen als een onderdeel van de geschiedenis. Maar ook als een manier om onze kinderen te leren over de gevaren van het racisme, antisemitisme, islamofobie en andere voorbeelden van menselijke onverdraagzaamheid. En om te leren de menselijke waardigheid en integriteit te waarderen, om de religie en de religieuze verschillen te waarderen, om de vrijheid en de grenzen van de menselijke vrijheid te waarderen, om de menselijke eer te waarderen en onderlinge verschillen te respecteren.”
Ook wees de imam erop dat wat zich heeft afgespeeld in Bosnië en Herzegovina ook in elk ander land had kunnen plaatsvinden en elk ander volk had kunnen treffen, om te besluiten met de (ook in het christelijk geloof welbekende) woorden van de profeet Mohammed: ‘Wat u niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’.
Aan het slot van de Srebrenica-herdenking werden er witte ballonnen losgelaten. Voor het laatst, want ecologisch verantwoordde ballonnen of niet, de gemeente Den Haag wil voor de 25steherdenking in 2020 een milieuvriendelijker afscheidssymbool. Aan de ballonnen hingen kaartjes met de namen van de 33 slachtoffers die op 11 juli 2019 in Potočari hun laatste rustplaats zouden vinden.
Het was een prachtig afscheid. Er stond bijna geen wind, zodat de groep ballonnen dicht bij elkaar bleven. Langzaam stegen ze op, richting noordoosten. Even hingen ze stil, alsof ze zich heroriënteerden. Toen maakten ze een kleine, sierlijke boog en dreven zachtjes naar het zuidoosten. 33 witte ballonnen, 33 namen – nog lang in zicht, nog heel lang niet vergeten.
Foto: Claire Schut
Wilt u dat Republiek Allochtonië blijft bestaan? Waardeert u ons vrijwilligerswerk? We kunnen uw steun goed gebruiken. U kunt Republiek Allochtonië steunen en een klein (of groot) bedrag doneren (nu ook via I-deal)
Neem een abonnement op onze dagelijkse nieuwsbrief: Subscribe to Republiek Allochtonië by Email
Meer over herdenking, Srebrenica.