De moeizame relatie van Marokko met haar migranten
In achtergronden door Ewoud Butter op 05-03-2008 | 21:20
De relatie met de Marokkaanse overheid blijft een gevoelige kwestie binnen de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. Onlangs laaide deze discussie weer op toen Mohammed Ameur, deMarokkaanse minister van Marokkaanse Gemeenschappen in het Buitenland stelde dat Marokkaanse migranten in Europa zich meer moeten inspannen omhun eigen taal en cultuur te behouden.
In het Franstalige blad Aujourd'hui le Maroc verklaarde Ameur dat de Marokkaanse gemeenschap in het buitenland moet beschouwd worden als de zeventiende provincie van Marokko en dat Europese kinderenvan Marokkaanse afkomst onderwijs moeten gaan volgen in de Marokkaanse cultuur ende Arabische taal. Ook zal er door Marokko geld worden vrijgemaakt voorculturele reizen voor jongeren naar Marokko, om de banden met het landvan herkomst te versterken.
Dat Marokko invloed probeert uit te oefenen op Marokkaanse migranten in Europa is niets nieuws. De Marokkaanse overheid heeft zich altijd fors bemoeid met de overzeese Marokkanen. Belangrijkste reden hiervoor is dat het land economisch sterk afhankelijk is van de overmakingen van arbeidsmigranten.Er wonen ruim drie miljoen Marokkanen in Europa. Na de inkomsten uit de winning van fosfaat zijn de financiele overboekingen van die migranten aan (hun familie in) het land van herkomst de belangrijkste inkomstenbron. Behalve economisch worden ook de culturele en politieke banden met de migranten in Europa gestimuleerd. Vroeg werd hierbij gebruik gemaakt van de Amicales (Amicales des Travailleurs et Commercants Marocains a l'etranger). Deze organisatie, was tot begin jaren negentig actief in Nederland.De organisatie controleerde en intimeerde in opdracht van koning Hassan II, de Marokkanen in het buitenland.
De laatste jaren zoekt de Marokkaanse overheid naar andere middelen om de banden met Marokkaanse migranten aan te halen. Sommige optimisten hopen dat de Marokkaanse overheid hierbij streeft naar een democratischere invulling van de relatie met haar migranten. Zij verwijzen daarbij naar de Commissie voor Rechtvaardigheid en Verzoening( IER), die onderzoek deed naarde wandaden onder het regime van koning Hassan II en daarbij specifiek aandacht besteedde aan de positie van Marokkaanse migranten. Ook kwam de huidige koning Mohammed VI met enkele hervormingen, waaronder het idee van een Raad van Migranten onder zijn voorzitterschap. De eerste 37 leden van die raad zijn in februari gexc3xafnstalleerd, waaronder vier Nederlandse Marokkanen. Kijk voor de doelstellingen en de samenstelling van de raad hier (Engelse tekst).
Er is echter ook kritiek. Op 9 februari hebben Marokkanen uit verschillende Europese landen zich in Parijs verenigd in het Forum voor Burgerschap enSolidariteit uit protest tegen 'alle inmenging van Marokkaanseautoriteiten'.
Afgelopen zaterdag schreven Janny Groen en Annieke Kranenberg een lang en goed gedocumenteerd artikel in het Vervolg in de Volkskrant, waarin de verschillende 'stromingen' binnen de Nederlands Marokkaanse gemeenschap aan het woord kwamen. Hieronder een uitgebreide samenvatting.
Khadija Arib liet in het Volkskrantartikel weten afstand te nemen van Ameur. "Volgens mij voelt geen enkele Marokkaan in Nederland zich hierdoor aangesproken. Die laten zich de wet niet voorschrijven door een minister uit Marokko. Jongeren hebben daar echt geen boodschap aan", zei ze . Arib gelooft niet dat Rabat wederom de lange arm naar de migranten in Europa wil uitstrekken. "Maar wat wel duidelijk werd, is dat de Marokkaanse autoriteiten verouderde opvattingen hebben over emigratie", zegt ze. 'Over migranten denken...
ze nog steeds in termen van: het zijn onze kinderen. Ze hebben hardgewerkt, wij moeten laten zien dat we van hen houden."Ameurheeft voor zijn beurt gesproken. Hij weet niet hoe wij hier leven. Dat we hier een hevige strijd moeten voeren om erbij te horen. En dat het dan heel vreemd is dat vanuit Marokko wordt gezegd dat je vooral Marokkaan moet blijven, het Arabisch moet beheersen, de Marokkaanse cultuur moet koesteren. Dat is op zich niet verkeerd, maar kan alleen op vrijwillige basis."
Schrijver Hassan Bahara (29) vindt het "bijzonder vreemd" datArib afstand neemt van Ameur. "Zij heeft juist meegeholpen aan het ontstaan van een adviesraad die de wens van Ameur in de praktijk moet brengen. Dat is hypocriet. Zij zou feller stelling moeten nemen tegen de Marokkaanse bemoeienissen met de Marokkaanse diaspora. Ik vind het stuitend dat Ameur de Arabische taal en cultuur wil opdringen aan ons Berbers (zo'n driekwart van de Nederlandse Marokkanen is Berbers en spreekt Amazigh, red.). Het is een vorm van pan-Arabistisch denken waarik een beetje misselijk van word."
Arib bestrijdt dit overigens. "Wat de minister zegt en wat de raad doet, is niet een pot nat." Haar kritiek op de minister neemt niet weg dat ze nog steeds vertrouwen heeft in de raad. Die kan gevraagd en ongevraagd advies geven.
De Haagse Marokkaan Farid Oualed-Lahcen is een van de honderden verontruste Europese Marokkanen die op 9 februari naar Parijs reisde om zich te verenigen in het Forum voor Burgerschap en Solidariteit; ze veroordelen 'alle inmenging van Marokkaanse autoriteitenx'. Ook ziet het Forum "gevaarlijk tendensen als het gaat om mensenrechten en de vrijheid van meningsuiting en eist onmiddellijk vrijlating van de politieke gevangenen en journalisten die de laatste jaren zijn opgepakt."
Oualed-Lahcen: "Na veertig jaar emigratiegeschiedenis hoeven we geen verantwoording meer af te leggen aan de Marokkaanse overheid. Onze toekomst ligt in Europa. Voor mij in Nederland. (...) De tweede enderde generatie Marokkanen hebben nog wel familiebanden en administratieve banden met Marokko, maar geen economische banden mee", zegt Oualed-Lahcen. "Hun toekomst ligt in Nederland en zo hoort het ook." Hij ziet Marokko worstelen, omdat er een noodzaak is die zuurstofbel in stand te houden. "Wat te doen om die loyaliteit van tweede en derde generatie migranten te bevorderen? Festivals organiseren, taalcursussen? Hoe maak je als overheid op afstand, zo effectief mogelijk gebruik van de identiteitscrisis die Marokkaanse jongeren overal in Europa doormaken?"
De Marokkaanse timing is perfect, vindt Mohamed Rabbae, oudGroenLinks-Kamerlid en voorzitter van het Landelijk Beraad voorMarokkanen. "Marokkaanse jongeren worden uitgekost, ze voelen zich niet thuis in Nederland", zegt Rabbae. "Bij hen raken de uitspraken van minister Ameur een gevoelige snaar. Jongeren zijn nu eerder geneigd hunNederlanderschap op te geven en zich aan de Marokkaanse autoriteiten over te geven." Rabbae merkt op dat het Marokko niet betaamt om onderwijs voor migranten in het buitenland te willen organiseren aangezien het onderwijsniveau volgens een recent onderzoek van de Wereldbank is te vergelijken met landen als Jemen en Djibouti. Rabbae: "Laten ze ereerst maar voor zorgen dat de kinderen in Marokko fatsoenlijk onderwijs krijgen."
Bahara vreest dat "we bij verdere spanningen tussen Marokkanen en het land waar ze wonen, nog meer van dit soort uitspraken kunnen verwachten". Die gaan er in als zoete koek, vermoedt hij. "Het geeft ze het gevoel dat er tenminste een land is dat hen wel als volwaardige burgers beschouwt." Maar het is ook een 'beetje vals sentiment' als jongeren roepen dat ze hun Nederlandse paspoort zo zouden inleveren. "De meesten zullen Nederland boven Marokko verkiezen, omdat het welvarender is, minder corrupt, en omdat het ondanks alles toch hun echte vaderland is."
De leden van het Forum zijn bijzonder wantrouwig over de agenda van de adviesraad voor Marokkanen in het buitenland. Ze vrezen dat de tijd van Amicales, in subtiele vorm, is teruggekeerd. Oualed-Lahcen: 'Ze willen Marokkanen die zich niet aansluiten bij het beleid van de koning, angst inblazen."
Arib verwerpt de suggestie dat Amicales terug is in een nieuwjasje. Zelf is ze door Hassan II vervolgd en geintimideerd, in 1989werd ze nog gearresteerd door de Marokkaanse autoriteiten. "In Marokko waait echt een andere wind. Als er al interesse is van Marokkaanse geheime diensten voor het doen en laten van Nederlandse Marokkanen, dan is dat vanwege het terrorisme."
Abdou Menebhi (55), directeur van het Euro-Mediterraan CentrumMigratie en Ontwikkeling (EMCEMO) en een van de vier Nederlandse leden die zitting hebben in de koninklijke adviesraad, gelooft ook niet in de wederopstanding van Amicales. Menebhi is een van de oprichters (in1975) van het Komitee Marokkaanse Arbeiders in Nederland. Hij is tot drie keer toe door Amicales-mensen in het ziekenhuis geslagen en kon ruim 23 jaar, vanwege de repressieve aanpak van Hassan II, niet naar Marokko. In de raad zitten volgens hem geen Amicales: "Die zit volmensenrechtenactivisten en linkse types als ik." Volgens Menebhi is de politieke en economische situatie in Marokko verre van ideaal, maar er is onder Mohammed VI veel verbeterd. Menebhi: "De rechtspositie van vrouwen is wettelijk vastgelegd (in de nieuwe Marokkaanse familiewetMudawana, red.), er is een verzoeningscommissie geweest die aandacht had voor de slachtoffers van Hassan II, het Berbers is erkend en er worden pogingen ondernomen die taal in scholen te introduceren." Die veranderingen kunnen niet nonchalant worden weggepoetst, vindt hij. Al is de Marokkaanse praktijk buitengewoon weerbarstig. Menebhi heeft dezelfde droom als Rabbae en het Forum voor Burgerschap enSolidariteit, maar hij kiest een andere strategie: "Zij blijven staan roepen aan de zijlijn, ik wil invloed uitoefenen. Ik doe mee."
De conclusie dat de adviesraad zich moet onderwerpen aan de grillen van de koning, vindt Menebhi voorbarig. "De raad komt in maart pas voor het eerst bijeen. Van de vijftig leden, moeten er nog dertien worden benoemd. Laat ons eerst maar aan het werk gaan. Dan kunnen we later evalueren of we iets hebben bereikt." Hierbij ziet Menebhi de geldstroom van migranten naar Marokko juist als een mogelijk machtsmiddel. "Een breekijzer, om het democratiseringsproces daar eenhandje te helpen."
Arib: "In Marokko zie je dat oude politieke, repressieve reflexen steeds weer de kop opsteken. Dat land zit in eenovergangsfase. Het kan twee kanten op. Marokko valt terug naar een ouderwetse dictatuur, of maakt uiteindelijk de overstap naar een moderne democratie. Ik hoop dat de raad dat proces positief kan beinvloeden."
Bahara vindt de eerste generatie bijzonder naief. "Een hoop lui voelen zich vereerd dat Marokko hun medewerking vraagt en genieten met volle teugen als ze daar in de watten worden gelegd. Wat ze niet door lijken te hebben is dat ze gebruikt worden door de overheid. Die wil alleen zijn inkomsten veilig stellen en dan komen stromannen uit de eerste generatie, die links-activistisch waren, goed van pas. Maar alshet de Marokkaanse overheid werkelijk lukt de Marokkaanse diaspora meer aan zich te binden, waardoor ze zich minder verwant voelen met Nederland, dragen zij wel schuld."
Dit artikel verscheen eerder op het Allochtonenweblog.
Vond u dit artikel waardevol?
Heeft u wat aan dit artikel gehad? Dan kunt u dat laten blijken met een (kleine) donatie. Daarmee blijft het mogelijk dit werk onafhankelijk te blijven doen.
Je kunt doneren via deze link: https://bunq.me/republiekallochtonie
Meer over lange arm, Marokko, mensenrechten.