‘Wel getolereerd, niet geaccepteerd’: Menebhi’s exit uit Adviesraad koning Mohammed VI
In opinie door Roemer van Oordt op 10-02-2013 | 18:18
Tekst: Roemer van Oordt
Vorige week stapte Abdou Menebhi ogenschijnlijk geruisloos uit de Conseil de la Communauté Marocaine à l’Etranger (CCME). Zijn toetreden tot deze veelbesproken Raad deed destijds veel meer stof opwaaien. Republiek Allochtonië sprak met hem over zijn beweegredenen van toen om toe te treden en van nu om te vertrekken uit deze door koning Mohammed VI opgerichte Raad, die tot taak kreeg voorstellen te doen om de positie van Marokkaanse emigranten en de betrekkingen met de ontvangende landen te verbeteren.
Voorgeschiedenis
Met zijn karakteristieke bevlogenheid schets Menebhi in grote lijnen de voorgeschiedenis. Zijn besluit om eind 2008 toe te treden tot de Raad hing samen met de uitkomsten van het door Mohammed VI ingestelde onderzoek van de commissie voor Rechtvaardigheid en Verzoening (IER; L'Instance équité et réconciliation) naar de wandaden van het regime van zijn vader Hassan II. De aanbevelingen reikten in Menebhi’s ogen voldoende handvatten aan om de relatie tussen Marokko en zijn diaspora wezenlijk te veranderen.
Zo werd een breuk met de Marokkaanse ‘waakhondpraktijken’ van de Amicales (Amicales des Travailleurs et Commerçants Marocains à l΄etranger) aangekondigd en werden serieuze aanzetten om een dialoog met de Marokkaanse emigrantengemeenschappen aan te gaan gegeven. Andere aanbevelingen destijds waren het instellen van een instrument om de stem van die emigranten in beleid te laten doorklinken en het komen tot één visie en beleid over aan emigranten gerelateerde zaken, een taak voor het ministerie van Migratie.
Dat het voorzitterschap van de IER in handen lag van de (Amazigh) verzetsman en mensenrechtenactivist Driss Benzekri, heeft ook positief bijgedragen aan Menebhi’s beslissing toe te treden tot de CCME.
Spagaat
Bij de officiële oprichting van de Raad in december 2008 zei Menebhi in een interview met W!J: “Als ik er niet van overtuigd zou zijn dat deze Raad in het belang is van de burgers, dan zou ik er nooit aan begonnen zijn”. Inmiddels is de balling van weleer een illusie rijker. Vanaf het begin zat Menebhi in een spagaat. Aan de ene kant werd hij in Nederland onder vuur genomen door zijn politieke medestrijders van het eerste uur tegen Hassan II; van de andere kant liep Menebhi in Marokko zelf aan tegen het gebrek aan democratische politieke cultuur.
Veel van zijn oude strijdmakers stonden sceptischer tegenover de voorzichtige openingen die het nieuwe regime leek te bieden om een serieus debat met de Marokkaanse diaspora aan te gaan. Zij geloofden niet in verandering zonder een fundamentele wijziging van de manier waarop in Marokko politiek wordt bedreven. Lees: zonder afschaffing van de Makhzen, het systeem van politieke en economische machthebbers rond de koning, met daarbij het onlosmakelijke stelsel van vriendendiensten en corruptie.
Anders dan deze sceptici heeft Menebhi de eerste tekenen van voorzichtige verandering in zijn geboorteland wel aangegrepen om te proberen van binnenuit verbetering te brengen in het democratische gehalte van en de mensenrechtensituatie in Marokko. Dat kreeg al vorm met het door hem in 2006 in Nederland geïnitieerde Transnationaal Debat Marokkaanse Migratie (Al Monadara) en resulteerde uiteindelijk in zijn zitting in de commissie voor Burgerschap en Politieke participatie van de CCME. Op al die stappen is veel - vaak ongezouten - kritiek gekomen vanuit ‘linkse’ Marokkaanse kringen in Nederland en de rest van Europa.
In Marokko liep Menebhi aan tegen het gebrek aan democratische politieke cultuur. Hij geeft aan Republiek Allochtonië een weinig vrolijk makend beeld van vier jaar CCME. Of het nu ging om de doelstellingen en samenstelling van of verkiezing voor de Raad als geheel, of om het bijeenroepen dan wel de verslaglegging van vergaderingen van de commissies; niets liep zoals afgesproken. Het decreet van de koning over de adviesraad - waarin alle formele en inhoudelijke bepalingen duidelijk waren vastgelegd - bleek voor de voorzitter, de algemeen secretaris en de directeur van de CCME keer op keer weinig relevant.
Op een manier die sterk laat denken aan de oude machtstructuren en politieke spelletjes van het Marokko dat Menebhi ontvluchtte, werden bovendien al te kritische inspanningen en inhoudelijke voorstellen van de door de in de Raad verkozen Marokkanen uit de diaspora met allerlei gelegenheidsargumenten vakkundig aan de kant geschoven.
Menebhi: “Ik moest tot de Raad toetreden als individu, maar heb direct duidelijk gemaakt dat ik zonder voorbehoud mijn werk met NGO’s en een sterk georganiseerde migrantengemeenschap voor burgerschap en mensenrechten blijf voortzetten. Dat wisten ze. Ik werd daarom misschien wel getolereerd, maar ben nooit geaccepteerd. De invloed van de Raadsleden was op papier gegarandeerd, maar bleek in de praktijk zeer beperkt. Er is helaas nooit sprake geweest van enige vorm van interne democratie binnen de CCME”.
Grote inbreng
“We hebben de afgelopen periode binnen en buiten de commissie veel gedaan. Zo leerden we veel van de ervaringen van Italianen, werkten we intensief samen met migrantengemeenschappen uit Afrika en organiseerden we talloze conferenties, debatten en informatiebijeenkomsten over thema’s die raken aan de kern van volwaardig burgerschap en politieke participatie”, zegt Menebhi.
De lijst van activiteiten is inderdaad indrukwekkend. Of het nu ging om het Marokkaanse familie- en erfrecht (Mudawannah), passief en actief stemmen in Marokko en Nederland, transnationaal burgerschap, dubbele nationaliteit en loyaliteit, discriminatie en islamofobie, migratie en ontwikkeling, of sociaaleconomische thema’s als het investeren in het land van herkomst en - recent - de sociale uitkeringskwestie; Menebhi zette al die thema’s doorlopend op de politieke agenda in Nederland, Europa en Marokko.
Beperkingen
Hij liep bij zijn werkzaamheden continu op tegen talloze inhoudelijke beperkingen. “Het decreet van de koning gaf de Raad een breed werkterrein, met thema’s als burgerschapcompetentie, vrouwenrechten en politieke participatie. Helaas bleek er vanuit Marokko vooral interesse te zijn in het veiligstellen van de voor Marokko steeds essentiëlere inkomsten uit de arbeidsmigratie en het verbonden houden van Marokkanen met de religie en cultuur uit het geboorteland. De invulling vanuit Marokko daarvan is dan ook nog eens uitermate beperkt en uitsluitend; het gaat om de Malekitische islam, de Arabische cultuur en het gemakkelijk maken om hier gespaard geld te investeren in Marokko”, aldus Menebhi.
Hij stuurde al eerder een brief aan de voorzitter van Raad en aan de Koning over zijn ongenoegen met de gang van zaken. Daar kwam nooit antwoord op. Nu er opnieuw geen zicht is op verbetering heeft hij bij de koning officieel zijn ontslag ingediend; iets wat in Marokko eigenlijk onmogelijk is als je door diezelfde koning bent benoemd.
Menebhi: “Er zijn veel beloftes voor verbetering gedaan, maar teveel blijft bij het oude. Ook de nieuwe grondwet heeft daar weinig aan veranderd. De Raad valt nog steeds onder de verantwoordelijkheid van de koning, niet onder die van de regering of het parlement. En ministers en parlementsleden die bevoegdheden hebben, durven daar geen gebruik van te maken. Het regime kan zijn beleid legitimeren door middel van een in haar bevoegdheden beperkte adviesstructuur, waarvan als het puntje bij paaltje komt ondanks hun kritische houding bijna niemand zijn mond echt opendoet”.
Toekomst
Op de vraag of hij dit allemaal niet van te voren had kunnen weten en beter zijn vertrouwde oppositionele rol in de diaspora had kunnen blijven spelen, antwoordt Menebhi ontkennend: “Ik ben nog steeds van mening dat Marokko niet meer de dictatuur is van vroeger en blijf mij inspannen om te kijken hoe de relatie tussen hier en daar een positievere vorm kan krijgen. Bij de latere generaties in Nederland zie ik toenemende interesse in het land waar hun roots liggen; dat geeft nieuwe inspiratie om door te gaan”. Gezien zijn enorme staat van dienst en blijvende gedrevenheid zal niemand daar aan twijfelen.
Roemer van Oordt is redacteur van Republiek Allochtonië
Relevante achtergronden? Zie bijvoorbeeld hier en hier
Volg Republiek Allochtonië op twitter of like ons op facebook. Republiek Allochtonië (voorheen Allochtonenweblog) bestaat 7 jaar. Waardeert u ons werk? U kunt het laten blijken door ons te steunen.
Meer over abdou menebhi, al monadara, arbeidsmigranten, CCME, diaspora, IER, marokkanen, marokko, mensenrechten, migratie, mohammed VI, roemer van oordt.