De priemende witte wijsvinger van historicus Emmer

In opinie door André Kaïjim op 01-02-2018 | 22:39

Het idee dat een maatschappij slechts hoeft terug te kijken op zijn verleden zonder daar een politiek, maatschappelijk of moreel oordeel over te mogen hebben, en vervolgens daarnaar te handelen, lijkt me onwenselijk, onhoudbaar en moreel verwerpelijk.

 

‘De geschiedenis wordt vaak misbruikt als een schild om achter te schuilen tegen de kritiek dat je het er zelf naar gemaakt hebt’ (Het zwart-witdenken voorbij, p. 24)

In zijn boek Het zwart-witdenken voorbij claimt historicus Emmer een emotieloze, feitelijke bijdrage te leveren aan de discussie over kolonialisme, slavernij en migratie. Emoties en gebrekkige feitenkennis vertroebelen volgens Emmer de discussie en leiden tot conclusies die schadelijk zijn voor het land en ons verhinderen een helder beeld te verkrijgen over het verleden. Hij eindigt zijn boek met de opmerking dat het verleden een vreemd land was, is en blijft. Hij lijkt hiermee te willen suggereren dat wij ons uiteindelijk moeten onthouden van een moreel-ethisch oordeel over dat verleden, iets wat hijzelf met suggestieve argumentatie nalaat. De hele teneur van het boek is doordesemd van het idee dat het allemaal best wel meeviel, en hiervoor worden alle registers opengetrokken. De historicus Emmer beschikt over enorme registers en enorme feitenkennis, misschien wel ongeëvenaard in onze contreien. Des te wranger dat deze kennis wordt ingezet ter verdediging van een systeem dat in al zijn haarvaten is vergiftigd met institutioneel racisme, een systeem dat is gebouwd op de arbeid en levens van tot slaaf gemaakten. Tevens worden alle kanonnen in stelling gebracht om de gevolgen van slavernij op de nazaten van tot slaaf gemaakten te bagatelliseren en te reduceren tot een miezerig slachtofferschap-gedrag.

Het problematische ligt in het gegeven dat wat wordt geponeerd als objectieve, ontdaan van emoties en feitelijke verslaggeving resulteert in arglistige, geniepige en verraderlijke argumenten, gelardeerd met persoonlijke oprispingen, die hemzelf in de slachtofferrol plaatsen. Regelmatig beklaagt Emmer zich erover dat men het wel niet politiek correct zal vinden wat hij zegt, dat hij hoopt dat huis en haard niet beschadigd zal worden door onverlaten e.d. ‘Politiek correct’ als scheldwoord lijkt me een brutaliteit van de eerste orde, waarom zou je graag politiek incorrecte opmerkingen willen maken? Als je al een serieuze bijdrage wilt leveren aan de discussie, neem dan je opponenten serieus, zet ze niet weg als querulante activisten vol zelfmedelijden en vervuld van haat jegens alle witte mensen, die altijd met de vinger naar anderen wijzen en zelf nooit verantwoordelijkheid nemen. Dit is een totale travestie van de waarheid, en geeft tegelijkertijd ook aan de context waarin deze zogenaamde bijdrage is geschreven. Het gaat Emmer klaarblijkelijk niet om een constructieve bijdrage, hij polariseert en probeert eerder een zeer grote Nederlandse witte achterban te bedienen, die toch al van mening is dat er erg veel van ze wordt afgepakt.

De oppervlakkige lezer zal snel ingepakt worden door de vlotte stijl van schrijven en de ogenschijnlijk zeer aannemelijke presentatie van argumenten. Hierin schuilt wat mij betreft het verraderlijke, het geniepige. Een voorbeeld: ‘Zo hoor je niet vaak dat de afschaffing van de slavernij in India de armoede onder de laagste kasten waarschijnlijk heeft vergroot, omdat armlastige ouders hun hongerige kinderen niet langer als slaven konden verkopen om zo hun leven te redden.’ (Het zwart-witdenken voorbij, pp.61-62). Wat wil Emmer ons hier nou vertellen? Zouden we door de instandhouding van slavernij meer kinderen van de hongerdood hebben kunnen redden? Zorgde slavernij voor meer welvaart voor de tot slaaf gemaakten? De oppervlakkige lezer weet het wel: slavernij viel best wel mee. En zo zijn er talloze voorbeelden te geven waarbij Emmer de gevolgen van slavernij minimaliseert, en ook de afschaffing van slavernij problematiseert door te wijzen op de nadelige gevolgen daarvan voor de voormalige tot slaaf gemaakten. Ik vraag me af welk moreel kompas je in deze richting stuurt. Dit heeft naar mijn smaak niets van doen met objectieve weergave van feiten, maar de feiten gebruiken voor je eigen politieke agenda.

Ik kan, en wil ook eigenlijk niet, in het hoofd van Emmer kijken, maar met deze presentatie van gegevens in een context van zogenaamde waardevrije wetenschapsbeoefening bewijs je het publieke debat geen goede dienst. Op pag. 58 merkt Emmer op: 

‘Als we de geschiedenis van de slavenhandel en slavernij echt willen begrijpen, is het verstandig de hedendaagse morele verontwaardiging hierover te scheiden van de toenmalige feiten.’

Ik zie niet goed wat er eventueel strijdig zou zijn in het hebben van een moreel oordeel en het verzamelen van feiten en wat daar eventueel zo onverstandig aan is. Emmer zelf heeft een duidelijk moreel oordeel (zie dit schandalige citaat: ‘De geschiedenis wordt vaak misbruikt als een schild om achter te schuilen tegen de kritiek dat je het er zelf naar gemaakt hebt’ (Het zwart-witdenken voorbij, p. 24)), maar weigert dat die benaming te geven. Op de achterflap van zijn boek staat dat hij van mening is dat in de huidige discussie de geschiedenis dient als politieke agenda en als excuus. De politieke agenda van Emmer is glashelder: als autoriteit je gewicht in de schaal werpen om de status quo voor vooral de witte bevolking te handhaven, en niet bereid te zijn de mogelijkheid te onderzoeken of er in je eigen analyse niet te weinig ruimte is voor een alternatief, meer inclusief, geluid.

Ik heb niet de illusie dat ik Emmer op andere gedachten breng, maar het idee dat een maatschappij slechts hoeft terug te kijken op zijn verleden zonder daar een politiek, maatschappelijk of moreel oordeel over te mogen hebben, en vervolgens daarnaar te handelen, lijkt me onwenselijk, onhoudbaar en moreel verwerpelijk.

Ik wil graag eindigen met een gedicht van Lebogang Mashile.

 

Tell your story

After they’ve fed off of your memories

Erased dreams from your eyes

Broken the seams of sanity

And glued what’s left together with lies,

After the choices and voices have left you alone

And silence grows solid

Adhering like flesh to your bones

 

They’ve always known your spirit’s home

Lay in your gentle sway

To light and substance

But jaded mirrors and false prophets have a way

Of removing you from yourself

You who lives with seven faces

None can eliminate your pain

 

Tell your story

Let it nourish you,

Sustain you

And claim you

Tell your story

Let it feed you,

Heal you

And release you

Tell your story

Let it twist and remix your shattered heart

Tell your story

Until your past stops tearing your present apart.

 

André Kaïjim, januari 2018

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Meer over geschiedenis, piet emmer, racisme, slavernij.

Delen:

Reacties


Raoul Izaak - 06/02/2018 14:45

Ik heb het boek van professor Piet Emmer gelezen en ik vind het een waardevolle feitelijke bijdrage aan de veel te emotionele maatschappelijke discussie van de laatste jaren. Ook André Kaïjim laat in zijn review duidelijk merken dat hij zijn emoties niet goed onder controle heeft, hetgeen de kracht van zijn betoog niet ten goede komt. Het is natuurlijk ook frustrerend om te proberen om gaten te schieten in het feitelijke werk van professor Piet Emmer. Maar je kunt uiteraard altijd wijzen op de vermeende vooringenomenheid van de auteur en dit met bombastische woorden beschrijven. Voldoende oren die dat graag willen horen.

Hans Naaktloper - 02/02/2018 21:24

Beste André,

Wat een goed geschreven artikel, wat een groot vermogen tot onderscheid leg je aan de dag. Hulde.
Ik ben bang dat ook wetenschappers, en alle anderen die over voldoende feitenkennis beschikken, niet los kunnen komen van hun valse premissen. En dat terwijl de titel van het boek zo anders doet vermoeden, want los komen van zwart-wit denken is wat mij betreft wél de bedoeling. Ik kende dit boek nog niet maar ik ga het nu zeker lezen.